Guillou, Jan – De tweede doodzonde

image_pdfDit artikel downloadenimage_printDit artikel uitprinten

Prometheus, 359 pagina’s

 

Dit voorlaatste deel van de Zweedse schrijver Jan Guillou over de 20e eeuw bestrijkt de jaren 80, de jaren waarin Reagan, Thatcher en Gorbatchov de hoofdrollen voor hun rekening namen. Zij figureren op de achtergrond van dit verhaal dat zich vooral concentreert op de moord op Palme en de ontwikkeling van vastgoedportefeuilles tot de zeepbel in 1990 uiteenspatte en de geschiedenis een forse correctie op hebzucht en eigendom toepaste.

Net als in eerdere delen wordt het verhaal hier vooral vanuit een juridische invalshoek verteld en net als in vorige delen blijkt dat verfrissende en uiterst boeiende lectuur op te leveren. En, net als voorheen, cirkelt het verhaal rondom de familie Lauritzen, meer specifiek rond zoon en advocaat Eric Letang, geboren uit de verbintenis van een dochter van Oscar, een van de drie Lauritzen broers uit de eerste delen van deze familiesaga, met een Fransman, die slechts kort en zijdelings in deze saga figureerde.

De auteur en journalist Jan Guillou is geen literator van belang maar wel een zeer vaardig verhalenverteller, die zich buitendien zeer goed voorbereidt en gedegen onderzoek verricht naar de periodes die hij beschrijft. Veel voorvallen die in zijn boeken aan de orde komen hebben zich daadwerkelijk en in grote lijnen zoals door Guillou beschreven voltrokken. In dit voorlaatste deel gebeurt niet zo verschrikkelijk veel met leden van de Lauritzen-familie. De meest indringende gebeurtenis in deze episode is de moord op de Zweedse premier Olov Palme, een geschiedenis die de hoofdpersonen uit dit deel slechts zijdelings raakt. En  toch is ook dit deel weer buitengewoon boeiend, deze geschiedenisles aan de hand van de wetenswaardigheden van een fictieve familie in het Scandinavië van de vorige eeuw.

Helaas is de lezenswaardigheid niet te danken aan de vertaling van het werk van Jan Guillou, ook deze episode werd vertaald door Bart Kraamer. Waar het aan ligt, ik weet het niet. Ik veronderstel dat de boeken van Guillou met de grootst mogelijke haast hun weg naar de boekhandel moeten vinden. Ik veronderstel dat de vertalingen onder de grootst mogelijke tijdsdruk tot stand moeten komen. Maar uitgeverij Prometheus bewijst Jan Guillou geen dienst met opnieuw en voor de zoveelste keer een zeer slordige vertaling. Het zou de uitgever sieren wanneer tenminste het laatste deel alle aandacht van de vertaler krijgt die het verdient. Ik geef hieronder maar weer de meest in het oog springende fouten of missers weer.

P13: Het ingeoefende ipv het ingestudeerde vermogen om altijd je gezicht in de plooi te kunnen houden
P45: Niets was zo troosteloos als dit soort processen, in elk geval niet voor een advocaat. Is dit echt wat er bedoeld wordt? En wat staat hier dan eigenlijk?
P47: …die het vermogen hebben om hun herinneringen te verdringen aan iets wat simpelweg te pijnlijk is om je te herinneren.
P67: Gedroeg je je net als anders, alleen maar voor een persoon. Wat een lelijk Nederlands!
P67: Was er een manier waarop ze haar onderzoek kon verbeteren naar de drie zaken, die etc. Wederom erg lelijk Nederlands
P113: Alles stond schriftelijk in de documenten. Dit is wellicht niet aan de vertaler te wijten maar aan de schrijver zelf. Hoe had het anders dan schriftelijk in de documenten kunnen staan?
P117: Het waren tenslotte drie duidelijke winners, gereed voor een strafschop. Waarom niet winnaars?
P136: Reisde hij in de eerste klasse. Hoezo ‘in de’?
P173: Een schot door zijn hoofd van lange afstand.
P205: Het gesprek bleek te zijn gegaan naar een bekende schrijver.
P259: Wat zijn ‘beroofde kippen’?
P262: Een oculaire inspectie ipv een visuele inspectie
P285: … en zag er nu nog moeër uit. Waarom hier niet gekozen voor ‘vermoeider’?
P293: Weer zo’n lelijke vergrotende trap: de ene nog uitstekendere wijn na de andere
P334: Wat is een boekcafé ?

De titel van dit boek blijft nogal enigmatisch. Slechts eenmaal wordt de term tweede doodzonde gebezigd, echter zonder enige verdere uitleg. Dat ligt uiteraard niet aan de vertaler, dat had de schrijver zelf wel eens uit mogen leggen. Of is mij iets ontgaan?

 

Enno Nuy
December 2020

2020-12-23T08:59:20+00:00