Nuy, Enno – Open brief aan Abdul-Jabbar van de Ven

Net als u ben ik een katholiek geboren Nederlander, alleen iets meer dan tweemaal uw leeftijd. Waar ikzelf, opgevoed en opgeleid door katholieke priesters langzaam maar zeker tot de slotsom ben gekomen dat het geloof in een god, welke dan ook, noch op rationele noch op emotionele of filosofische gronden voor een onomstotelijke waarheid of realiteit kan worden gehouden, bent u een geheel andere weg gegaan. Waar ik voor mijzelf op rationele, emotionele en filosofische gronden een atheïst ben geworden, heeft u zich bekeerd tot de islam, tot het Salafisme als ik het juist heb.

Ik zag u in gesprek met Andries Knevel en ik zag een jonge man die niet van deze wereld, van deze maatschappelijke werkelijkheid leek. Ik zag een jonge man die strak voor zich uit starend zonder enige intonatie zijn mening te berde bracht. Ik zag een mens zonder ook maar de geringste emotie. U wenst politici dood omdat ze meningen verkondigen die u niet welgevallig zijn. U zegt letterlijk: “Ik hoop niet dat het een moslim is die hem (Wilders) vermoordt”. En dat u blij zult zijn als hij dood is, bijvoorbeeld door kanker. U zegt dat u niet aanzet tot haat.

Mijnheer Abdul-Jabbar van de Ven, ik heb het Oude en het Nieuwe Testament gelezen, de Openbaringen en de Koran. Ik heb reeds lang geleden afscheid genomen van de Godsidee en het religieuze gedachtegoed. Een diepgelovige Christen zal in het slechtste geval meelij met mij hebben omdat ik dwalende ben; hij zal mij beklagen omdat ik de Weg naar de Ware God niet heb gevonden. Maar ondanks alle extreem gewelddadige passages in de Bijbelboeken zal hij mij niet dood wensen.

U baseert uw leven op de Koran, ook een geschrift dat ik in ieder geval gelezen heb. Ook de Koran staat bol van extreem gewelddadige passages, vooral betreffende de ongelovige. U wekt op zijn minst de indruk al deze passages zo letterlijk mogelijk te willen nemen. U noemt dat, als ik u goed begrepen heb, de pure Islam. Maar staat niet in Vers 85 van Al-Imraan geschreven: “En wie een andere godsdienst zoekt dan de Islam, het zal van hem niet worden aanvaard en hij zal in het Hiernamaals onder de verliezers zijn.”.

Nog los van het onzinnige feit dat zowel de Islamitische als de Christelijke God het monopolie op de waarheid claimen, lijkt mij bovenvermeld Vers van cruciaal belang. Het is niet aan de mens hier op aarde om uit te maken wie waarin geloven zal. In het Christelijk en Islamitisch Hiernamaals worden de geesten gescheiden. En zo hoort het ook! In uw lezing van de Koran bestaat er geen enkel verschil tussen de (overigens door mij niet bepaald gewaardeerde) politicus Wilders en de ongelovige. Als ik u goed begrepen heb wenst u niet alleen Wilders dood, u wenst ook mij, een bewuste atheïst, dood.

Hoe wreed is uw God, mijnheer Abdul-Jabbar van de Ven dat u anders denkenden en ongelovigen dood meent te mogen wensen. Waar staat geschreven dat uw God u, een gewone sterveling zoals ik, gemachtigd zou hebben te kunnen beschikken over leven en dood? Maar zelfs als u meent dat uw God dat ergens geschreven en bedoeld zou hebben, hoe kunt u ook maar de geringste waarde en betekenis hechten aan de veronderstelde barmhartigheid en goedertierenheid van uw God wanneer deze toestaat, en kennelijk goedkeurt, dat de ongelovigen onthoofd en als beesten afgeslacht worden. Uit uw uitspraken heb ik in ieder geval goed begrepen dat u begrip hebt voor onthoofdingen en slachtpartijen.

Een God die dit soort wreedheden mag worden toegekend is geen God maar een monsterlijke tiran. En u, mijnheer Abdul-Jabbar van de Ven, u realiseert zich nauwelijks dat u in Nederland al uw uitspraken mag doen, u beroepend op de vrijheid van meningsuiting waar deze zelfde vrijheid van meningsuiting in geen enkele Islamitische staat tot de dagelijkse werkelijkheid behoort. In uw Islam, mijnheer Abdul-Jabbar van de Ven, bestaat helemaal geen vrijheid van meningsuiting, evenmin als barmhartigheid en goedertierenheid. Immers, de ongelovige wacht slechts hel en verdoemenis en u, u kunt nauwelijks wachten tot in het Hiernamaals over mijn lot door uw God beschikt wordt, u, u wenst mij nu reeds dood.

Mijnheer Abdul-Jabbar van de Ven, ik heb met het grootst mogelijke afgrijzen kennis genomen van uw diepste gedachten en wensen. U bent geen gewoon sterveling, u boezemt angst in, u zaait haat. U leeft bij de gratie van de angst, gevoed door een ziek en pervers gedachtegoed. Het is mij kil om het hart geworden, u in mijn nabijheid te weten. Over enkele weken wordt mijn eerste kleinkind geboren en de gedachte dat dat kleinkind op zal groeien in een samenleving waar verdoolde dwazen zoals u vrijelijk rond mogen lopen, vervult mij met angst en afgrijzen. En dat, mijnheer Abdul-Jabbar van de Ven is, als ik u goed begrepen hebt, exact wat u beoogt.

 

Enno Nuy, Lobith

24 november 2004