Giuseppe Verdi – Aida
Regie Klaus-Michael Grüber
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Riccardo Chailly
Koor van de Nederlandse Opera
Aida. Eindelijk eens een tenor naar mijn hart, die man had een geweldige stem. Daar is alles wel mee gezegd want acteren kon hij voor geen meter maar wat dat betreft werd het de cast door mijnheer de regisseur ook niet al te moeilijk gemaakt. En ook niet bepaald een figuur om de jonge held uit te hangen. Maar ja, Aida was zelf inmiddels ook al op leeftijd geraakt, dus ook dat paste wel aardig. Aida had wel een ongelooflijke stem, zelfs toen er 3 koren op het toneel stonden kwam ze er nog bovenuit, in tegenstelling tot haar rivale die een rustig spelend orkest al nauwelijks overleefde. Wederom een belabberd libretto en scenario. Zou Radames ooit bestaan kunnen hebben en geloofd kunnen hebben dat Ethiopie hem ooit welwillend asiel had willen bieden, ook al was het dan als vluchteling en amant van Aida? Zou hij daar zijn eer en trots en vaderlandsliefde voor op willen of kunnen offeren? Psychologisch zwak verhaaltje wat mij betreft.
Het decor vond ik fraai en soms ongekend prachtig (eerste scene, tweede akte: troon met koningsdochter en in de schemering een hofzaal met dienaren en dienaressen, buitengewoon schitterend!); de deus ex machina in de eerste akte, werkelijk een vondst! En de gokkasten als nieuwerwetse afgoden? Grafscene aan het einde? Ook prima. Ja, wat mij betreft: ik heb ervan genoten. Grueber heeft de Aida teruggebracht tot de essentie en zelfs het acteren tot een absoluut minimum teruggebracht. De opera op zich vond ik niet sterk, ongetwijfeld kun je er fantastische metaforen en diepere lagen aan ontlenen, mij zijn ze ontgaan.
Maar wat t een orkest en wat een muziek en wat voor dirigent! Daar ging het dus allemaal om. Alleen al de openingsmaten en de hele ouverture van Chailly. Ik vond dat werkelijk een ongehoorde prestatie, heerlijk en onvergetelijk.
september 2000