Sebald, W.G. – Austerlitz

2003 de bezige bij
233 pagina’s

In de loop der jaren kocht ik telkens het werk dat van Winfried Georg Sebald verscheen: Melancholische dwaalwegen (1992), De emigré’s (1993) en De ringen van Saturnus (1996). Onlangs verscheen zijn laatste werk Austerlitz. Daadwerkelijk zijn laatste werk want Sebald overleed in december 2001 aan de gevolgen van een ongeval. In een necrologie in de NRC over Sebald schrijft Anneriek de Jong: “Geen schrijver uit de naoorlogse Duitse literatuur was zo’n hardnekkig spoorzoeker als hij. Naar de onopgemerkten ging hij op zoek, naar degenen die geen ophef van hun leven maakten omdat ze tevéél hadden meegemaakt.”

Sinds 1970 was hij als hoogleraar Europese Literatuur werkzaam aan de Universiteit van Norwich Engeland. Dat hij als Duitser onontkoombaar aan het thema van de Holocaust moest geraken zal geen verwondering wekken. In al zijn boeken hanteert hij eenzelfde werkwijze: hij beschrijft het leven van zijn hoofdpersoon of hoofdpersonen aan de hand van kroniekachtige vertellingen, gelardeerd met talloze foto’s die de indruk wekken dat je het door een journalist opgetekende relaas van levende personen tot je neemt. Wat in zijn boeken overheerst is een melancholie die van begin tot eind weldadig aandoet, een geestestoestand waarin je maar al te graag met hem mee gaat. Maar even constant is zijn compassie voor zijn hoofdpersonen. Niet eerder las ik werk van een schrijver die er telkens weer in slaagt op een uiterst liefdevolle, voorzichtige en terughoudende manier de raadsels van zijn hoofdpersonen te ontrafelen en ontsluieren. En dat hij daarbij voorzichtig tewerk moet gaan is telkens weer vanaf de eerste bladzijden merkbaar, voelbaar: de medemensen die hij in zijn leven ontmoet blijken allen omgeven met vraagtekens, kwetsbaarheid en de angst om uit de schaduw te treden, bang als zij zijn dat de volle werkelijkheid van het leven achter hen, hen teveel zou kunnen worden.

Met Austerlitz heeft Sebald de kroon op zijn werk gezet. Dit is waarlijk een groots werk waarmee Sebald tot de grote Europese literatoren van deze eeuw gerekend moet worden. Een schitterend epos over een man die reeds op vijfjarige leeftijd uit zijn omgeving wordt gerukt en met het laatste kindertransport uit het door de Duitsers bedreigde Praag naar West Europa wordt
gebracht waar hij door een dominees echtpaar uit Wales wordt geadopteerd. De schrijver ontmoet deze Austerlitz als bij toeval en hun wegen blijven zich kruisen en zo is Sebald in staat in ongelooflijk mooi proza het met horten en stoten ontsloten leven van Austerlitz op te tekenen.

Ook deze Austerlitz is omgeven met schaduw, vraagtekens en vooral kwetsbaarheid. Door een reeks van gebeurtenissen wordt hij pas op latere leeftijd, hij is ten tijde van deze geschiedenis ongeveer 60 jaar, op het spoor naar zijn vroegere leven en zijn ouders en daarmee op het spoor naar zichzelf gezet. Wat volgt is een maalstroom van gebeurtenissen en ontdekkingen die het boek een ongelooflijke vaart geven terwijl Sebald als geen ander in staat is voortdurend een gedragen en rustige verteltrant te hanteren; nergens laat hij zich meeslepen door het ongelooflijke (maar o zo geloofwaardige) wat zijn hoofdpersoon overkomt. Sterker nog: het lijkt erop dat zijn kalme en ietwat afstandelijke beschikbaarheid, de ander juist in staat stelt zijn zoektocht voort te zetten. Afstandelijk zij hier niet verkeerd opgevat. Ik ken geen schrijver die zo liefdevol als Sebald de levens van zijn hoofdpersonen beschrijft. Maar hij wordt nergens larmoyant noch laat hij zich meeslepen door compassie.

De zoektocht van Austerlitz is een adembenemend relaas, dan weer verwachtingsvol, dan weer hallucinatorisch en bij voortduring ongemeend spannend! En de wijze waarop Austerlitz zijn gemoedstoestanden weet te schilderen is bij tijd en wijle onnavolgbaar. En evenals in het eerdere werk van Sebald valt ook hier weer op hoezeer Sebald zich documenteert over een uiterst breed spectrum aan onderwerpen en thema’s. Zo komen we in Austerlitz veel te weten over architectuur, de filosofie achter de verdedigingsforten in West Europa, het Praag ten tijde van de Duitse bezetting, het getto van Theresienstadt maar ook over de gekte van Schumann en de ongelooflijke wereld van de mot.

The New Republic schrijft over Sebald: “Spannend, gewaagd, buitengewoon en verstild – deze Duitser, die al meer dan dertig jaar in Engeland woont, is een van de intrigerendste grote Europese schrijvers”. En The Observer: “Is wat Sebald beschrijft de waarheid? Dat doet er niet toe. Het is de krachtigste fictie denkbaar”.
Austerlitz is een van die zeldzame boeken die je nadat je het uitgelezen hebt, niet meer vergeten zult. Het is een van de meest indrukwekkende boeken die ik ooit las.

Enno Nuy 2003